dinsdag 27 mei 2025

2025 - 26 - 05. Serres

 Ons hoofddoel vandaag is de plaats Serres. Als we onze kampeerplek verlaten, rijden we meteen langs dit klaprozenveld waar een week gelden nog geen sprake van was.


We rijden dan naar Rosans naar restsurant O Fourchat, waar we eerder al eens aten. Het restaurantje ligt naast het kasteel van Rosans. Het is prachtig weer, maar door de felle wind konden we niet op het terras eten.

 
Naast een Duits echtpaar en wij vulde de kleine eetruimte zich met 2 tafeltjes werkmannen tafel en een tafel met 3 motorrijders van een geciviliseerde soort. We kregen weer uitleg van de  kok over de geserveerde gerechten. Het was amusant om te zien hoe de verschillende gasten reageerden op de uitleg.  Als voorgerecht kregen we een glaasje couscous gemengd met minuscule stukjes mais, de eerste tomaten van een oud ras uit de Provençaalse, mini courgette uit Rosans, sjalotjes en een heerlijke vinaigrette. Simpel, maar zeer smaakvol. Ger koos voor de côte d'agneaux  en ik voor een klein beenhammetje. We vielen allebei weer voor de crème brulée fait maison. 


Op weg naar Serres deden we eerst het gehuchtje St-André-de-Rosans aan. Voornamelijk vanwege de ruïnes van een abdij, die zijn oorsprong in de 5e eeuw had. Het plaatsje zelf was ook leuk om door te lopen.











Oude platanen, wat zijn ze mooi.














Van St-André-de-Rosans rijden via kleine weggetjes naar Serres. En daar is het weer prijs. We stappen herhaaldelijk uit om bloemetjes te bewonderen. Ik zie een stuk of 5 soldaatjes staan, maar op die plek kunnen we niet stoppen. Ger vond dit zo'nleuk bloemetje. Het heet klein kroonkruid.


Het stikt hier van de orchis pyramidae


oftewel hondskruid


Een van de vele soorten vlasbloemen. Waarschijnlijk de linum suffruticosum.  Maakt niets uit. Het zijn schatjes.


Het barst hier van de nachtorchissen. We hebben er tientallen gezien, misschien wel honderden.


Het landschap waar we al dat moois zien.


De nachtorchis 






Wilde reseda



Onosma. In Nederland voor de echte rotstuinliefhebber, echter moeilijk te verkrijgen. Het is een echte alpine plant.


We komen aan in Serres.  De plaats ligt aan de rivier de Buëch.
We lopen langs de remparts omhoog het stadje in.














We zijn niet lang in Serres gebleven. Het viel ons tegen. Doodse plekken, hier en daar asfalt neergekwakt, geen sfeer. Van een deel van het plaatsje was de straat opengebroken. Moet gebeuren, maar droeg niet bij tot een aangename verkenningstocht. 


Via de Col des Tourettes zijn we teruggereden naar Cornillac. Onderweg kwamen we een leuke picknickplaats tegen. Mijn 's ochtends gekochte stokbrood en de blikjes tonijnsalade die ik had meegenomen, kwamen goed van pas.


Een prachtige plek, maar we moesten alle lichte dingen vastleggen vanwege de straffe wind.



We reden door een sprookje terug naar de tent.











Met als kers op de taart een wand van zeker 100 meter vol met gentianen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten